Preek over Johannes 12:20-33

Leerlingen van Jezus, gasten in ons midden,

Jezus is in Jeruzalem. Hij is de stad binnengekomen op een ezel onder een enorm gejuich:

13Hosanna! Gezegend hij die komt in de naam van de Heer, de koning van Israël.

Jezus is op het toppunt van zijn populariteit. En dan zijn er een paar Grieken die hem willen spreken. Buitenlanders, niet-joden, die het paasfeest bezoeken en geïnteresseerd zijn in de God van Israël. Ze melden zich bij Filippus. Hij komt uit het dorpje Betsaïda, op de grens van het gebied van de Joden met het gebied van de Grieken. Hij kan misschien bemiddelen zodat deze buitenlanders Jezus kunnen ontmoeten. Maar staat Jezus daar wel voor open? Filippus weet het ook niet zo goed, en vraagt het aan Andreas. Samen vertellen ze Jezus dat nu zelfs buitenlanders in hem geïnteresseerd zijn.

En dat is voor Jezus het teken: als de niet joden naar Jeruzalem komen om hem te ontmoeten, dan nadert de voltooiing van zijn missie.

23Jezus? zei: De tijd is gekomen dat de ?Mensenzoon? verheerlijkt zal worden.

Dit is het moment. Het keerpunt in de geschiedenis. De tijd is gekomen. God gaat ingrijpen. God ontfermt zich over zijn volk Israël. God ontfermt zich over de wereld. Alles wordt anders. Alles wordt nieuw. God keert terug als koning. Hij zal het kwaad verslaan en echte vrede stichten. De mensenzoon zal worden verheerlijkt. Jezus zal de hoogste plaats krijgen die hem toekomt. Iedereen zal zien dat hij de Heer is van de wereld. De koning der Joden, de lang verwachtte Messias.

Maar, de manier waarop.

24Waarachtig, ik verzeker u: als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht.

Die nieuwe tijd komt niet door macht en kracht. Jezus verheerlijking is als een graankorrel. Een graankorrel komt pas tot zijn doel als hij verloren gaat. Een graankorrel moet vallen, sterven. Een tijd voor dood liggen in de aarde. Alleen dan kan er nieuw leven ontstaan uit een graankorrel. Alleen dan kan er nieuw graan opkomen en ontstaat er overvloed.

Jezus is als een graankorrel. Hij moet vallen. Sterven. Worden begraven. Om vrucht te kunnen dragen. En zo zal hij worden verheerlijkt.

En Jezus zegt: dat geldt ook voor iedereen die mij wil volgen. Wie mijn leerling wil zijn, mijn dienaar.

25Wie zijn leven liefheeft verliest het, maar wie in deze wereld zijn leven haat, behoudt het voor het eeuwige leven.

Je leven verliezen. Soms letterlijk. Van de eerste volgelingen van Jezus zijn heel wat mensen gedood omdat zij volgelingen waren van Jezus.

En in onze tijd wordt één op de elf christenen wereldwijd vervolgt. Ze worden gediscrimineerd, vernedert, geslagen, bestolen, vermoord. En dat alleen omdat zij leerling zijn van Jezus.

Bij ons is dat sterven met Jezus minder letterlijk. De overheid vervolgt ons niet. Sterker nog. Komende donderdag is er hier in dit kerkgebouw een debat tussen lokale politici die gekozen willen worden in de gemeenteraad. We werken samen met de overheid, in plaats van dat we worden vervolgt.

Maar juist omdat het volgen van Jezus ons zo weinig kost, is het voor ons zo moeilijk om volgeling van Jezus te zijn. Jezus vraagt ons niet om voor hem te sterven. Hij vraagt ons om de eerste plek op ons prioriteitenlijstje. En daar wordt het volgen van Jezus toch moeilijk. Want er hebben zoveel dingen prioriteit. Er zijn zoveel dingen belangrijk. Je werk. Je gezin. Je familie. Je vrijwilligerswerk. Je vrienden. Je gezondheid. Je sport.

En er zijn zoveel dingen die doen alsof ze belangrijk zijn. Je telefoon. Je financiële. zekerheid. Nieuwe spullen. Allerlei stemmen schreeuwen om onze aandacht. Maar het allerbelangrijkste, Jezus, schreeuwt niet. Toch is hem op de eerste plek van je leven zetten de beste prioriteitskeuze die je kunt maken.

Matteüs 6:33

Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid

En al het andere komt wel.

Voor Jezus is het wel duidelijk wat prioriteit heeft. Maar ook voor hem is het niet vanzelfsprekend om daarvoor te kiezen.

27Nu ben ik doodsbang. Wat moet ik zeggen? Vader, laat dit ogenblik aan mij voorbijgaan? Maar hiervoor ben ik juist gekomen. 

Jezus kijkt de dood in de ogen. En niet de dood die komt als in een zucht aan het eind van een gelukkig lang leven. Het is een bittere dood. Een oneerlijke dood. Een pijnlijke dood. Een vernederende dood. Het is een dood waarin hij de afwezigheid van God zal ervaren. Het is een dood waarin Jezus de confrontatie aan moet gaan met het ultieme kwaad. Een gevecht,    dat hij zal verliezen. De dood als straf voor de zonden van alle mensen, van de hele wereld. Het oordeel van God over al het kwaad.

Dat is de dood die Jezus op zich af ziet komen. En waarvan Jezus weet dat hij hem alleen moet dragen. Want:

24 als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht.

En in deze bitter dood, zal Jezus worden verheerlijkt. Zijn dood is niet zinloos. Zijn sterven geen nederlaag.

Jezus zegt daarover:

31Nu wordt het oordeel over deze wereld geveld, nu zal de heerser van deze wereld uitgebannen worden. 32Wanneer ik van de aarde omhooggeheven word, zal ik iedereen naar mij toe halen.

Jezus noemt hier vier dingen die zijn sterven bewerkstelligen.

Ten eerste: In Jezus sterven, wordt het oordeel over deze wereld geveld. Deze wereld, dat is, al het oude. De zonden van de mensen, de gebrokenheid van de wereld, het kwaad dat in de harten van mensen huist. Dat alles wordt veroordeeld. Jezus draagt de straf die wij verdienen. Hij maakt alles goed tussen ons en de Vader. Door zijn sterven, kunnen wij opgroeien en vrucht dragen.

Ten tweede. In Jezus sterven wordt de heerser van deze wereld uitgebannen. De duivel hoort bij de oude tijd. Hij heerste over de oude wereld. We kunnen hem wegdenken uit onze maatschappij. Maar we kunnen onze ogen niet sluiten voor het kwaad en ons onvermogen om het kwaad uit onze maatschappij te verdrijven. Maar door Jezus dood begint een nieuw tijdperk. Het tijdperk van het Koninkrijk van God.

En die duivel is een lachertje in het Koninkrijk van God. Hij is volstrekt kansloos tegenover de kracht van de Heilige Geest. Overal waar mensen gaan leven vanuit Gods liefde, verliest de duivel territorium. Hij wordt uitgebannen en verdreven, daar waar Gods nieuwe wereld, zijn Koninkrijk doorbreekt. Ook al hier op deze aarde. En helemaal als God de hemel en aarde weer één maakt en Gods Koninkrijk de hele aarde zal vullen.

Ten derde: Jezus wordt omhooggeheven. Hij wordt aan handen en voeten aan een kruis geslagen. Vervolgens wordt dat kruis omhooggetild. Zo wordt de mensenzoon omhooggeheven, hangend tussen hemel en aarde. De mensen zullen naar hem opkijken en boven zijn hoofd zullen ze lezen: Jezus van Nazareth, koning der Joden.

Als Jezus zo omhooggeheven wordt, dan is het alsof hij een troon bestijgt. Zijn kruis is zijn troon. Hij wordt verheerlijkt als koning der Joden. Hij is de Messias, de door God gezonden redder. Het kruis betekent: hier hangt een valse Messias, een nep-koning. De romeinse keizer is de baas, geweld heeft het laatste woord. Maar Jezus kruisiging draait dat om: zijn kruis wordt een troon, de spottende tekst boven zijn hoofd wordt werkelijkheid. Dat blijkt als hij opstaat uit de dood. Het teken dat hij inderdaad de door God uitgekozen Messias was. De Christus.

En ten vierde. In zijn verheerlijking zal Jezus iedereen naar hem toehalen. Door te sterven, maakt Jezus het voor iedereen mogelijk om bij hem te zijn. Om in Christus te zijn, in leven en sterven. Als je geraakt bent door zijn leven, sterven en opstanding. Als je gelooft dat Jezus de Christus is, de Heer, de Redder. Dan is er voor jou altijd een plek dichtbij hem. Als je twijfelt, als je zijn aanwezigheid niet ervaart, als je zijn koninkrijk niet ziet en het kwaad lijkt te winnen. Als de dood je dreigt op te slokken. Dan blijft gelden: jij hoort bij Jezus. Hij trekt je dicht naar hem toe, ook als jij dat niet voelt.

Hij heeft het oordeel over de wereld geveld. Hij heeft de heerser van deze wereld uitgebannen. Hij is verheerlijkt, zijn kruis werd een troon. En hij trekt ons dicht tegen hem aan. Hij laat ons niet los.

Ben jij bereidt jou leven op te geven om deze Jezus te dienen? Hij heeft jou alles gegeven. Hij heeft zichzelf gegeven. Hij heeft zich als een graankorrel laten vallen en is gestorven voor jou. Voor de wereld. Hij roept je om hem te dienen en zijn weg te gaan. Hij is erbij in leven, dienen, lijden en sterven. Amen.