Klimaat en de plek van de mens in de Schepping – Fulco Timmers

Met politieke discussies over een klimaatakkoord, met stakende leerlingen en een mars voor het klimaat kunnen we er niet omheen: het klimaat is hot. We kunnen sowieso niet om het klimaat heen: want we leven er middenin en zijn er onlosmakelijk mee verbonden. En nu de 40 dagen tijd begonnen is, is het te meer een goede tijd om ons als mensen te bezinnen op onze plek in de wereld, onze plek in Gods goede Schepping. Het Bijbelboek Genesis is helder over de plek van mensen: de zorg voor de Schepping is aan hen toevertrouwd. “Maar er staat toch dat God de heerschappij over alles wat leeft heeft gegeven?” werpen Bijbelvaste mensen mij dan weleens voor de voeten. Maar hoe heeft God dat heersen bedoeld? Jezus is daar weer helder over: heersen doe je door te dienen. Dus ook die heerschappij betekent in Bijbelse zin juist dat mensen van God de taak krijgen om voor de Schepping te zorgen.
Een andere Bijbelse misvatting die mensen parten kan spelen om te zorgen voor de Schepping, is dat er opgeroepen wordt dat God toch een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zal geven. Als dat zo is, waarom zou je je dan zorgen maken om déze aarde? Er is dan juist wél een Planeet B: de nieuwe hemel en de nieuwe aarde die God zal maken. Maar ook deze opvatting berust op een misverstaan van de Bijbel. Waar in de Bijbel gesproken wordt over een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, is de betekenis dat de hemel en aarde zoals God ze gemaakt heeft helemaal zullen zijn zoals Hij ze vanaf het begin bedoeld heeft. Het gaat eigenlijk om een hernieuwing, een herstel. Tegelijk betekent dit herstel een zo fundamentele verandering dat het zal zijn alsof de aarde en de hemel nieuw geschapen worden. Beter dan deze aarde te zien als een wegwerpartikel, kunnen we haar zien als een rups waar een vlinder uit zal groeien. Weliswaar ziet die vlinder er fundamenteel anders uit dan de rups; als de rups niet goed verzorgd wordt, zal die ook nooit een vlinder kunnen worden.
De 40 dagen tijd loopt tegelijkertijd op met een periode waarin we juist iets van de jaarlijkse hernieuwing van de Schepping kunnen zien. Er is geen betere manier om je te bezinnen op je plek in de wereld als mens, dan door er op uit te gaan. Buiten te zijn, de verbondenheid te ervaren met alles wat leeft en groeit. Wie die verbondenheid ervaart, ziet het zorgen voor de Schepping niet meer als opdracht, maar ervaart haar als een vanzelfsprekendheid, zoals het een vanzelfsprekendheid is dat je zorgt voor je eigen welzijn en voor alles wat je liefhebt en waar je je verbonden mee weet.

Fulco Timmers, predikant te Rotterdam-Ommoord en Zevenkamp