De preek van de feestelijke belijdenis- en doopdienst

Over Matteüs 9:35-38

Leerlingen van Jezus, gasten in ons midden.

Het stuk dat we lazen uit de Bijbel is een soort samenvatting van wat Jezus deed:

35Jezus? trok rond langs alle steden en dorpen, hij gaf er onderricht in de ?synagogen, verkondigde het goede nieuws over het koninkrijk.

Dus: hij ging overal langs en vertelde over het Goede Nieuws. Evangelie, is het Griekse woord voor goed nieuws.

Maar wat is dat Goede Nieuws eigenlijk? Een van de belangrijkste lessen die we geleerd hebben bij de verdiepingscursus is dat het Goede Nieuws wat ingewikkelder is dan we eerst vaak dachten. Maar daarmee ook veel breder en groter. Nog veel meer echt goed nieuws.

God is de schepper van hemel en aarde. Hij heeft de mensen gemaakt om voor zijn schepping te zorgen en er over te waken. Maar al snel ging dat verkeerd. De mensen zorgden niet voor de schepping en voor elkaar, maar gingen over elkaar heersen. In plaats van te waken, lieten ze het kwaad in hun midden toe en leefden ze voor zichzelf.

God maakte een nieuw begin met Abraham. Een man die de stamvader werd van een nieuw volk: Israël. God hielp zijn volk en bevrijdde hen uit slavernij. Hij sloot een verbond met hen: ik zal jullie zegenen en beschermen in jullie eigen land, maar dan moeten jullie leven zoals ik wil: voor elkaar zorgen, over elkaar waken. Maar ook dat ging verkeerd. Ze volgden andere goden, machten die hen gericht maakten op hun eigen gelijk, op macht en geld.

God kon dat kwaad niet laten gebeuren. Hij trok zijn beschermende handen van hen af, en stuurde ze weg naar een ver en vreemd land. Babylon. Toen de volgende generaties weer terugkeerden naar hun eigen land, was het niet meer als vroeger. God woonde niet bij hen. Ze mistten zijn aanwezigheid. Ze leefden onder vreemde koningen. En hun eigen leiders, hun herders, zorgden meer voor zichzelf dan voor hun volk, de schapen die aan hen waren toevertrouwt.

En toen kwam Jezus. Jezus leefde wel zoals God het wilde. Vol liefde en trouw. Vol medelijden. Vol goedheid. Zijn boodschap was: behandel anderen zoals je zelf behandeld wilt worden. Heb God lief boven alles en heb je naaste lief als je zelf. Als iemand je slaat: keer hem de andere wang toe. Heb niet alleen je vrienden lief, maar zelfs je vijanden. Neem geen wraak, maar vergeef. Verzamel geen schatten op aarde, maar verzamel schatten in de hemel. Maar je geen zorgen: God die voor ook voor de vogels en bloemen in de schepping zorgt, zal toch zeker voor jullie zorgen.

En Jezus deed niet alleen dit soort uitspraken, hij was vooral ook het levende bewijs dat je zo vanuit liefde kunt leven. Maar zoveel goedheid als in Jezus samenkwam, is voor het kwaad niet te verdragen. Uiteindelijk zou Jezus lijden, hij werd onterecht veroordeeld, is gekruisigd, is gestorven, maar na drie dagen weer opgestaan uit de dood. En daarmee werd God weer koning over zijn volk. Hij is de baas over de wereld.

Hij woont bij ons. Door zijn Heilige Geest. De Heilige Geest vernieuwt ons en doet ons leven. We hoeven niet meer ver weg van God te leven.

En de volgelingen van Jezus zijn een vernieuwd volk van God. Een vernieuwd volk Israël. Door God uitgekozen om te zorgen voor de schepping en over elkaar te waken. Om zo ook voor anderen tot zegen te zijn.

En we verwachten dat God alles goed maakt. Als Jezus opnieuw komt. Om het kwade te veroordelen en het goede te belonen. Om de wereld weer te maken zoals de wereld bedoelt is. En wie in Jezus geloven mogen met God regeren in die nieuwe wereld. Tot die tijd heeft al het goede dat we doen zin omdat God het zal gebruiken als Hij alles goed maakt.

Dat is kort samengevat het Goede Nieuws van de Bijbel. Het Goede Nieuws waarover Matteüs ons vertelt. Het Goede Nieuws dat Jezus vertelde in de steden en dorpen van Israël.

En wat doet dat Goede Nieuws met ons?

Misschien ben je wel zo’n luisteraar. Op een plek waar de mensen samenkomen om te luisteren naar Jezus. Misschien hoor je het wel voor het eerst. Of ben je nog nooit in een kerk geweest. Misschien vind je het wat vreemd klinken. Wereldvreemd. Misschien geloof je er niks van. Misschien vind je het wel interessant. Maar goed dat je er bent. Voel je welkom bij dit Goede Nieuws. Het is er ook voor jou.

Misschien ben je wel zo’n luisteraar waar Jezus’ oog specifiek op valt. Uitgeput, zonder helper. Misschien voel je je als een schaap zonder herder. Eenzaam. Of weet je niet wat je nou moet met je leven. Welke kant je op moet gaan. Voel je je verdwaald in de wildernis. Een ongastvrije wereld waarin iedereen voor zichzelf leeft. Misschien ben je op zoek naar een bron om uit te leven, water voor je dorst. Naar groen gras waar je tot rust kunt komen. Jezus nodigt je uit om het met hem te proberen. Om hem te accepteren als je herder. De leider van je leven. Als iemand die jou leert wat het goede leven is. Iemand waar je altijd op terug kunt vallen. Als je leven in elkaar lijkt te storten, als de stormen in je leven tekeer gaan. Als alle zekerheden wegvallen. Als je gezondheid, je relaties, als iedereen je laat zitten. Als de dood om zich heen slaat of dreigend aan de horizon opdoemt. Dan is Jezus je herder. Al gaat mijn weg door een donker dal, ik weet dat hij mij brengen zal, naar een plaats waar ik eeuwig thuis zal zijn.

Misschien herken jij jezelf wel in het beeld van de herder. Ben je een leider, op je werk, op een andere plek. En wordt je hier terecht gewezen door Jezus. Zo vaak is leiderschap in onze samenleving gericht op het eigen gewin. Op je eigen macht, op de winstmaximalisatie van het bedrijf, op bonussen en korte termijn belangen. Het Bijbelse beeld van leiderschap is herderschap: bereid om te dienen, bereid om te lijden voor de groep. Maar ook krachtig: in staat om beren en leeuwen te weerstaan. Omdat je weet dat je het doet voor de mensen die aan je zijn toevertrouwt. Gericht op het waken over wie aan je zijn toevertrouwt, de zorg voor de schepping in plaats van de zorg voor de winst.

Misschien word jij wel uitgenodigd door Jezus, als één van die arbeiders. Jezus vertelt het Goede Nieuws, maar voelt dat hij het niet alleen kan doen. Zoveel mensen, zoveel zorgen, zoveel gebrokenheid in de wereld. Zoveel werk is er te doen. God werkt door mensen heen, en hij nodigt jou uit om zijn arbeider te zijn. Om bij Hem in dienst te komen. Een leerling te zijn van Jezus. In zijn voetspoor het goede werk voort te zetten. Hij wil jou in dienst nemen als een onderherder: iemand die verantwoordelijkheid wil nemen voor Jezus’ kudde. Iemand die een rol wil spelen in de zorg voor elkaar. Iemand die zijn of haar talent wil inzetten binnen de kerk. En het Goede Nieuws buiten de kerk in woord en daad wil verspreiden.

Hoe je je ook tot dit verhaal verhoudt. Of je nu een luisteraar bent. Of een schaap op zoek naar de herder. Of een leider die door Jezus wordt aangesproken op dienstbaarheid. Of een arbeider die zich wil inzetten voor het werk van God. Weet dat Jezus de Goede Herder is. Hij wil je leiden en helpen. Jou maken tot een mens zoals je bedoelt bent. Hij is de Heer van de oogst. Hij kiest mensen uit om bij hem te horen. Om hen in te zetten voor het Koninkrijk van God. Daar daagt Jezus jou toe uit. Amen.