Themapreek ‘Feest van het Koninkrijk’, deel 2: het Koninkrijk van God

bij Matteüs 6:10 Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Leerlingen van Jezus, gasten die met ons meekijken,

we bidden elke zondag:

10Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Maar. Wat bidden we dan eigenlijk?

Als je een Bijbeltekst beter wilt begrijpen helpt het altijd om er andere vertalingen bij te pakken:

10Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde. (NBG 1951)

10laat uw koninkrijk komen en uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel. (NBV 2004)

10Laat uw nieuwe wereld komen. Laat op aarde uw wil gedaan worden, net zoals dat in de hemel gebeurt. (BGT 2014)

Het gaat in deze bede om de komst van Gods Koninkrijk. In de Bijbel in Gewone Taal: Gods nieuwe wereld. En dat er zo’n andere vertaling nodig is om het gewoon te maken, laat wel zien dat die term ‘het Koninkrijk van God’ voor ons best ingewikkeld is.

Wat is een koninkrijk? Ik moet dan gelijk denken aan ons eigen land. Het Koninkrijk der Nederlanden. Dat is de plaats waar wij leven. Een afgebakend gebied, van Texel tot Maastricht, met nog een paar eilanden in de Cariben. Een gebied met een koning aan het hoofd.

Maar het is een koning vrijwel zonder macht. Hij mag niet meer dan wij. En als Hij dat even vergeet, en met zijn privé vliegtuig op vakantie gaat naar Griekenland, in coronatijd, dan moet hij daarvoor excuus aanbieden aan zijn onderdanen.

In de tijd van Jezus waren koningen heel anders. Zij hadden absolute macht. Denk aan koning Herodes die kan besluiten om alle kleine jongetjes in het dorpje Bethlehem uit te moorden. Denk aan de koningen van Babylon, Egypte, of de Romeinse keizer die hele volken lieten uitroeien of tot slaaf konden maken.

In het Koninkrijk van God is God de baas. Hij heeft alle macht. Maar Hij is gelukkig heel anders dan de menselijke koningen. Niet uit op macht en rijkdom. Maar uit op ons hart. Op het delen van Zijn goddelijke liefde. Vanuit zijn almacht.

Een tweede ding dat je moet weten is dat het bij het koninkrijk van God niet gaat om een gebied. Zoals bij het Koninkrijk der Nederlanden. Maar meer om heerschappij, om regering. Het Koninkrijk van God lijkt in die zin meer op Rutte IV dan op het Koninkrijk der Nederlanden. Het gaat niet om het waar, maar om het wie. Wie is er aan de macht?

Als Gods koninkrijk begint, is God de koning. Dus niet Herodes, niet de keizer, niet Rutte, niet Willem Alexander, niet het geld, niet corona. God regeert. Het koninkrijk van God wil zeggen: God regeert. Hij is de baas. En Hij oordeelt over deze wereld. Het koninkrijk van God is de nieuwe wereld van God.

Lied PS24:1,5 (DNP)

Maar als we dan bidden: Uw koninkrijk kome. Is dat Koninkrijk, de regering door God, dan al begonnen? Of is het iets waar we nog op wachten?

Het antwoord is: het Koninkrijk van God is er reeds en nog niet. Ja en nee. En het is ontzettend belangrijk om dat echt te doorgronden. Het is een hele belangrijke sleutel om de Bijbel, onze missie als kerk, en onze roeping als volgelingen van Jezus te begrijpen.

In het Jodendom van de tijd van Jezus ging men uit van twee tijdperken. Olam hazeh en olam haba. Olam hazeh was de huidige tijd. De huidige wereld. Een gebroken wereld vol zonde. Waarin de Joden werden onderdrukt door de heidenen en verkeerde machten en krachten de dienst uitmaakten. Maar daar zou verandering in komen. Op de dag van de Heer zou olam haba uitbreken. De nieuwe tijd. Dan zou God laten zien dat Hij Koning is over Israël. Het koninkrijk van God zou aanbreken. De heidenen zouden worden verslagen, volgens sommigen door de Messias. De doden zouden opstaan uit de dood. En dan zou er een tijd van vrede en recht aanbreken. Shalom.

Ook in de kerk hebben we vaak met twee tijden gewerkt. Je heb het huidige leven, een tranendal, waarin ons veel ellende overkomt. Waarin we moeten geloven in Jezus als Heiland. Zodat als we sterven, onze ziel overgaat naar olam haba, het eeuwige leven. De hemel. Daar is alles goed. Geen tranen, geen pijn.

Paulus en de eerste christenen hadden het ook over olam haze en olam haba. Op een Joodse manier, maar dan wel bekeken door de bril van de opstanding van Jezus. En dat maakt een veel mooier groter maar ook ingewikkelder verhaal.

Olam hazeh is de tijd voor Jezus. In die tijd had de zonde vrij spel. Alle volken inclusief Israël waren in de macht van afgoden. Israël was niet in staat om een licht te zijn in die duistere wereld en te laten zien hoe God het wél bedoelt had.

Maar met Jezus’ opstanding is olam haba aangebroken. De nieuwe tijd van vergeving en vrede.

En eens komt Jezus terug. Dan is olam hazeh afgelopen, en leven we in olam haba. De doden zullen net als Jezus opstaan. En dan komt de hemel op aarde. Deze aarde wordt vol van Gods glorie. God zal dan alles herscheppen. Het Koninkrijk van God wordt voltooid.

Maar nu leven we nog in een overgangstijd. Tussen d-day en v-day in. Dat is een beeld uit de Tweede Wereldoorlog dat vaak gebruikt wordt om dit te illustreren. Op dinsdag 6 juni 1944 begon de invasie van de geallieerden op het strand van Normandië. D-day. Decision day. De dag van de beslissing. Toen die landing was gelukt, was het wel duidelijk. De Nazis zouden de Tweede Wereldoorlog verliezen. Maar het duurde nog tot 8 mei 1945 tot de Nazi’s zouden capituleren. V-day. Victory day. De dag van de overwinning. Dus er was eerst een tijd dat de Nazi’s de overhand hadden. Vanaf d-day was het duidelijk dat de geallieerden zouden winnen, maar het duurde tot V-day tot de overwinning voor iedereen realiteit was.

Zo is het ook met het Koninkrijk van God. De beslissing is al gevallen. Jezus is opgestaan en de overwinning is zeker. Maar de overwinning is niet altijd zichtbaar. Wij zijn in de huidige wereld, olam hazeh, maar we zijn tegelijkertijd deel van de hemelse erfenis, olam haba. Het Koninkrijk van God, Gods nieuwe wereld, is met Jezus’ opstanding begonnen. Maar het Koninkrijk wacht nog op de voltooiing die komt bij Jezus’ tweede komst. Het koninkrijk van God is er reeds, en nog niet.

Lied LD1012:1,5 Geef aan de wereld vrede, Heer

En zoals het is met de tijd van Gods koninkrijk, zo is het ook met de ruimte van Gods koninkrijk. Want we bidden

10Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

 Het koninkrijk heeft te maken met de hemel en de aarde. En ook dat is het beste te illustreren met een beeld [uit dit filmpje van The Bible Project].

In de Bijbel leeft het idee dat Gods dimensie, de hemel, en onze dimensie, de aarde, bedoelt zijn om bij elkaar te horen. Zo was het in Genesis 1: God schiep de aarde waar het zeer goed was. Op de zevende dag ruste hij van zijn werk, wat wil zeggen dat Hij zelf op aarde kwam wonen. Hemel en aarde waren helemaal één.

Maar de mensen kozen er voor om zelf te bepalen wat goed en kwaad was. Daardoor ontstond er een kloof tussen hemel en aarde. Ze raakten van elkaar gescheiden.

Al waren er altijd plaatsen waar hemel en aarde elkaar raakten: Bethel waar de Jakobsladder verscheen. De tabernakel waar Gods heilige aanwezigheid verscheen. De tempel in Jeruzalem. Tot Ezechiël beschrijft dat Gods aanwezigheid uit de tempel vertrekt. Vanwege de zonden van zijn volk.

Maar dan komt Jezus. In Hem is Gods zelf mens geworden. Hij was een levende tempel op aarde. Hij bracht stukjes hemel op aarde. Mensen werden vergeven, hersteld in hun relatie, genezen, weer opgenomen in de gemeenschap, rechtgedaan, met God.

Jezus stierf aan het kruis. Maar vanuit zijn kruisdood en opstanding, en de uitstorting van de Heilige Geest gingen er groepjes volgelingen aan de slag. Tempels van mensen die heelheid brachten in Gods schepping. Voorproefjes en tekenen van de hemel op aarde.

En bij Jezus’ tweede komst, zullen de hemel en aarde weer één worden. Al het kwaad wordt bestraft en verdwijnt. Er wordt recht gedaan. De schepping wordt hersteld. Alles wordt weer zeer goed, zoals bij de schepping.

Lied HH334 God keert alles om

10Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Als we dit bidden, erkennen we Jezus als Heer, als koning.

We bidden om meer van het koninkrijk dat er reeds is, en nog niet. En we bidden dat zoals Gods wil nu al geschied in de hemel, Gods wil ook meer en meer mag geschieden op aarde.

En door dat te bidden, wijden we ons toe aan Gods werk. We worden ambassadeurs van Gods koninkrijk, van Gods nieuwe wereld. Overal waar we komen, verkondigen we in woord en daad dat Jezus de Heer is. We zijn vertegenwoordigers van de nieuwe tijd olam haba in de oude tijd olam hazeh. We zijn vertegenwoordigers van de hemel, op de aarde.

Dat wordt concreet in de meer praktische beden in het Onze Vader die volgen. Paulus vat dat mooi samen in dit vers over het Koninkrijk van God:

 Romeinen 14

17want het koninkrijk van God [draait om] gerechtigheid, vrede en vreugde door de heilige Geest. 

Als ambassadeurs van Gods koninkrijk strijden wij voor gerechtigheid. Omdat we zelf gerechtvaardigd zijn. Gerechtigheid voor mensen die onrecht wordt aangedaan. Gerechtigheid voor de schepping.

En we werken vanuit vrede. Vanuit vrede met God. Werken aan vrede met mensen. Vrede met heel de schepping.

En we laten ons leiden door de vreugde door de Heilige Geest. De vreugde die alle verstand te boven gaat. Omdat onze vreugde ligt in onze Heer Jezus, in de tijd die voor ons ligt, in de hemel die doordringt op aarde.

10Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Amen.

Lied The kingdom of God (Taize)