De preek over de Bijbel

bij Psalm 1 en Lucas 24:44-49

Leerlingen van Jezus, gasten met ons,

Hoe je een boek gebruikt, hangt af van wat voor boek het is. Want boeken zijn er in allerlei soorten. Woordenboeken, kookboeken, romans. Die gebruik je allemaal op je eigen manier.

En ook de Bijbel kun je op heel veel verschillende manieren gebruiken.

Je kunt de Bijbel gebruiken als een woordenboek. Elk vers los van elkaar. En dat is een hele makkelijke manier om elke dag iets met de Bijbel te doen. Tim van den Berg uit onze kerk maakt het je helemaal makkelijk. Hij is de eigenaar van http://www.dailyverses.net. Elke dag ontvangen 200.000 mensen wereldwijd een Bijbelvers via zijn website. En God kan daar doorheen werken. Ik heb dit vers van Tim’s website geplukt:

 Hebreeën 4:2

Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden.

Dat is de kracht van de Bijbel als woordenboek. God kan door één vers heen tot jou spreken.

Je kunt de Bijbel ook gebruiken als kookboek. Je hebt een concrete vraag, hoe maak je groentesoep, of bij de Bijbel: hoe kan ik goed omgaan met rijkdom. Je zoekt relevante passages op. En je probeert ze toe te passen in je leven. Of in het samen kerk zijn.

Je kunt de Bijbel ook lezen als een roman. Je begint op pagina 1, bij Genesis. En je leest door tot pagina 1700, Openbaringen. Meestal stranden mensen dan ergens bij de reinheidsvoorschriften in Leviticus of de geslachtsregisters van Numeri. Maar het mooie van deze methode is dat als het je lukt, je een beeld krijgt van het geheel van de Bijbel.

Maar ten diepste is de Bijbel geen woordenboek, geen kookboek, en geen roman. De Bijbel is zelfs eigenlijk geen boek, maar een bibliotheek. Een verzameling boekrollen.

Het Oude testament in onze Bijbel bevat 39 boeken. Maar de oorspronkelijke Joodse indeling van de Hebreeuwse Bijbel bestaat uit 24 boekrollen.

De TeNaCH.

De 5 boeken van de Thora: Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri, Deuteronomium.

De Nevi’im, de acht boekrollen van de profeten: Jozua, rechters, Samuel, koningen, Jesaja, Jeremia, Ezechiël, en de 12 ‘kleine’ profeten, die in één boekrol stonden.

En de CHetuvim, de 11 geschriften: psalmen, spreuken, Job, Hooglied, Ruth, Klaagliederen, Prediker, Esther, Daniël, Ezra&Nehemia, Kronieken.

24 boekrollen, in één tenach, als één bibliotheek verzameld.

In een latere christelijke traditie zijn die boekrollen op perkament geschreven, waardoor een indeling in boekrollen niet meer nodig was. Het zijn nu 39 losse boeken. En de volgorde is aangepast. In onze christelijke Bijbel staan de boeken van het Oude Testament op historische volgorde.

En dan het Nieuwe Testament, het nieuwe verbond: de vier Evangeliën, Handelingen, de brieven van Paulus, de andere brieven, Openbaringen. 27 boeken. In de christelijke indeling bestaat het Oude Testament uit 39 boeken. Samen dus een bibliotheek van 66 boeken.

Hoe kun je die Bibliotheek nu het beste lezen? De beste manier is niet als een woordenboek, of een kookboek, of een roman. Maar zoals Psalm 1 zegt: door je er in te verdiepen, je hele leven lang. Dat woordje verdiepen uit Psalm 1 kun je ook vertalen met reciteren, of mediteren, met mompelen. Het wordt ook gebruikt voor een varken dat knort of een leeuw die brult. Verdiepen is iets wat je dus niet even één keer per week doet. Het is iets wat de hele week door gebeurt. Blijven kauwen op de Bijbel. De hele week, dag en nacht, je hele leven lang. En je als je je er telkens weer in verdiept dan groei je in vreugde en wijsheid.

De boeken zijn met elkaar verbonden, en ze leggen elkaar uit. De 66 boeken zijn allemaal verbonden. door één groot verhaal: God die de schept, die de mens een bijzondere rol geeft als beelddrager van God, de mens die daarin faalt, God die de mens niet loslaat maar telkens een nieuwe begint maakt om via een deel van de mensen toch zijn plan door te zetten. Zijn plan om om hemel en aarde één te maken. God die uiteindelijk zelf mensen wordt, in Jezus de Messias.

Als we ons daar samen in verdiepen, in dat Grote Verhaal, dan worden we als een boom geplant aan levend water. Een beeld uit Genesis 2: de levensboom, geplant aan de rivieren die uit Eden stromen. Hoe meer je in de Bijbel leest, hoe meer je dat soort beelden gaat herkennen en hoe meer je gaat zien hoe de verschillende Bijbelboeken elkaar uitleggen. Zo blijf je dicht bij het levende water van Gods liefde. En zo kunnen we bloeien als mensen, als beelddragers van God.

Lied PS1:1,2 (DNP)

De Wet van Mozes, de Profeten en de Psalmen. De Thorah, de Nevi’im, de Chetuvim, heel de Tenach. Heel die Hebreeuwse Bijbel gaat over de Messias. Niet alleen het Nieuwe Testament, maar ook het Oude Testament gaat over de Messias, de Christus.

De Bijbel is het Woord van God. Dat betekent vooral: heel de Bijbel gaat over het Woord van God. Want Jezus zelf is het Woord van God. Dat is het kerstevangelie bij de evangelist Johannes: Het Woord van God heeft bij ons gewoond. Heel de Tenach is vervult in Jezus. Het lijden van de Messias, zijn sterven, en opstanding op de derde dag: daar wijst de Tenach op. En daardoorheen heeft God een nieuwe testament, een nieuwe verbond gesloten. Opdat in Zijn naam alle volken opgeroepen zullen worden om tot inkeer te komen, opdat hun zonden worden vergeven. Door Jezus kan iedereen thuiskomen bij God.

Zo is Jezus zelf het Woord van God. Dat is het belangrijkste. Maar ook de Bijbel noemen we het Woord van God.

Maar als de Bijbel het Woord van God is. Is het dan niet het Woord van mensenhanden? Het zijn toch mensen die het hebben opgeschreven?

De Bijbel is niet uit de hemel komen vallen, zoals moslims geloven over de Koran. De Koran zou door Mohammed zijn ontvangen van de engel Gabriël. In één keer, zonder dat er een menselijke hand aan te pas is gekomen.

De Bijbel is veel meer een mix. Een mix van Gods werk en mensenwerk. Dat klinkt misschien wat minder betrouwbaar dan een boek dat uit de hemel is komen vallen. Maar het past wel heel goed bij hoe we God kennen. Vanaf bladzijde één kiest God er voor om via mensen te werken. En God zelf is mens geworden in Jezus. Dus dat God de Bijbel mensenwerk laat zijn, is typisch iets voor de God van de Bijbel.

En het is belangrijk om een goede balans te vinden in de Bijbel als Gods werk en als mensenwerk.

Het gaat mis als je de Bijbel zo goddelijk ziet dat er geen tegenstrijdigheden in mogen staan. En het gaat ook mis als je de Bijbel zo menselijk benadert dat je al het spreken over God tot puur mensenwerk verkleint. Alsof God niet door mensen heen wil werken.

Een voorbeeld. We lazen zojuist:

46Jezus zei tegen hen: ‘Er staat geschreven dat de messias zal lijden en sterven, maar dat Hij op de derde dag zal opstaan uit de dood.

Maar in Matteüs 12 staat er:

Matteüs 12

40Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven.

Hoe lang is Jezus nu in het graf geweest? Drie dagen? Of drie dagen en drie nachten? Jezus is de dag voor de sabbat, vrijdag, gestorven. En op de dag na de sabbat, zondag, is Hij opgestaan, dus in onze manier van tellen is dat zelf 2 dagen en 2 nachten.

Het is een vraag die voor Bijbelschrijvers niet relevant is. Het gaat hen om het beeld van de derde dag. Op derde dag kwam Abraham aan bij de berg Moria waar hij zijn zoon Isaäk moest offeren, maar uiteindelijk God zelf in een offerlam voorzag. En tijdens de uittocht uit Egypte verscheen God op de derde dag op de berg Sinaï aan het volk. Naar deze verhalen verwijst de derde dag, daar gaat het om.

En ook Jona’s verblijf in de walvis past in dat patroon. Van wachten in het donker, tot het nieuwe leven doorbreekt. Daar gaat het de Bijbelschrijvers om. Dit soort verbindingen tussen Bijbelboeken, patronen, hyperlinks, zo zit Gods Woord in elkaar.

Een andere manier om dat te zeggen is te vinden in:

2 Timoteüs 3:

16-17Elke schrifttekst is door God geïnspireerd/[Theopneustos] en kan gebruikt worden om onderricht te geven, om dwalingen en fouten te weerleggen, en om op te voeden tot een deugdzaam leven, zodat een dienaar van God voor zijn taak berekend is en voor elk goed doel volledig is toegerust.

De Bijbel is Gods Woord, door God geïnspireerd. Daar staat het Griekse woord ???????????, door God ingeblazen, zoals God zijn adem, zijn Geest blies in de mens in Genesis 2.

Die Geest van God heeft gewerkt in de Bijbelschrijvers. Diezelfde Geest van God werkt in ons als wij in de Bijbel lezen, en Gods Geest vragen om daarbij te zijn. Die Geest helpt ons om de Bijbel als Gods Woord te ervaren. Zoals Jezus zegt:

49Ik zend jullie wat mijn Vader heeft beloofd. Blijf in de stad tot jullie met kracht uit de hemel zijn bekleed.’

 Lied HH278 Het Woord van God

105Uw woord is een lamp voor mijn voet, een licht op mijn pad.

Iedereen snapt dat je deze tekst niet letterlijk moet lezen. Dat de Bijbel geen zaklamp is. Maar dat het er om gaat dat de Bijbel helpt om je weg te vinden in het leven. Om te ontdekken wat wijs en goed is. Welke kant je op moet. In die zin is de Bijbel net als een zaklamp.

Het is een van de spannendste vragen is of je de Bijbel nu letterlijk of figuurlijk moet lezen. Maar het antwoord is eigenlijk vrij simpel: Je moet de Bijbel letterlijk lezen waar hij letterlijk bedoelt is. En figuurlijk waar hij figuurlijk bedoelt is.

Maar hoe weet je nou waar de Bijbel wel of niet letterlijk bedoelt is?

Veel hangt af van het genre van de tekst. Het soort tekst. Sommige teksten zijn letterlijk bedoelt. In een kookboek bijvoorbeeld. Voeg 7 gram zout toe. De bedoeling is dat je dat precies opvolgt. Niet dat je denkt: 7 is het getal van vollheid, dus laat ik het volle zoutbusje leeg gooien in de soep.

Maar andere teksten zijn vaak figuurlijk bedoelt. Psalmen, gedichten, liederen.

Ik dacht ik neem gewoon de bovenste van de TopNL hitlijst om dit te illustreren. Het nummer Hold on van dj Armin van Buuren en zangeres Davina Michelle.

If I could walk alone on water
Oh, I would
If I could set the moon on fire
Watch me shoot

Als ik op water kon lopen, dan zou ik dat doen. Als ik de maan in vuur kon zetten, zie mij schieten.

Dat bedoelt Davina niet letterlijk. Het zijn beelden voor onmogelijke dingen. Over water lopen, de maan in de fik schieten. En die vergelijkt ze met de liefde. Ik kan geen onmogelijke dingen, ik ben niet beter dan wat ik ben. Maar als wij van elkaar houden, dan is dat genoeg. Zoiets bedoelt ze, denk ik.

Maar waarom zegt ze dat dan niet gewoon? Waarom al die beelden? Omdat die beelden de boodschap veel beter vertellen, veel beter laten aanvoelen wat ze bedoelt.

Soms is een Bijbeltekst heel duidelijk poëzie. Een beeld. 105Uw woord is een lamp voor mijn voet, een licht op mijn pad. En soms een Bijbeltekst heel duidelijk letterlijk bedoelt. Bijvoorbeeld in deze brief van Paulus aan Timotheüs.

2 Timotheüs 4

13Als je komt, neem dan de mantel mee die ik in Troas bij Karpus heb laten liggen, en ook de boeken, vooral die van perkament.

Als Timotheüs dan bij Paulus komt zonder mantel en boeken, omdat hij dacht dat Paulus dat als beeld bedoelde. Een beeld van dat hij verlangde naar de warmte van Timotheüs aanwezigheid ofzo. Dan gaat Paulus er denk ik grote moeite mee hebben om die verkeerde interpretatie van Timotheüs onder de mantel der liefde te bedekken.

Soms is het minder duidelijk wat de Bijbel bedoelt. Het boek Jona kan het leven van een historische eigenwijze profeet beschrijven. Maar misschien is het wel meer een komische vertelling van wat er mis gaat met Gods volk, Israël. Een beeld. Dit soort onderscheid maken, dat vereist kennis van de cultuur en tijd van de Bijbel.

En soms is het voor ons moeilijk om te geloven dat iets letterlijk is gebeurd. Lopen over water bijvoorbeeld. Niet voor niks gebruikt Davina het als een beeld van iets wat onmogelijk is. En we denken dan al snel: nu hebben we de verlichtte wetenschap. We weten nu dat er natuurwetten zijn. We kunnen nu niet meer in wonderen geloven. Het lopen over water van Jezus is vast symbolisch bedoelt.

En dat klopt. Dat Jezus over water liep, was een krachtig symbool. Het gaat terug op hoe God de wereld schept, en het water van de oervloed bedwingt. Maar dat wil niet zeggen dat Jezus niet letterlijk over water heeft gelopen. In de tijd van Jezus wisten ze ook echt wel dat wie over water loopt zinkt. De mensen waren niet dom. Ze wisten ook wel dat wie gekruisigd wordt door Romeinse soldaten en drie dagen in een graf ligt, dat die persoon niet meer levend wordt.

En toch is dat het wonderlijke van het Woord van God. Jezus is letterlijk opgestaan uit de dood. Het is heel duidelijk dat de Bijbelschrijvers dat historisch, letterlijk bedoelden, dat ze daarvan getuigen. Maar wat dat betekent heeft alles te maken met beelden. Het gebeurt op de derde dag. Het gebeurt op de achtste dag van de week, een nieuwe eerste dag van de herschepping. Maria denkt dat ze een tuinman ontmoet, als beeld van de tuin van Eden. Letterlijk en figuurlijk versterken elkaar.

Het Woord van God gaat onze categorieën van letterlijk en figuurlijk ver te boven. Als Jezus’ Geest ons verstand ontvankelijk maakt voor het begrijpen van de Schriften, dan zijn dit soort indelingen niet meer zo belangrijk. Het Woord van God is mens geworden. Jezus is opgestaan uit de dood. En tot zijn terugkeer is de Bijbel de prachtige bibliotheek waar wij Hem, door zijn Geest kunnen ontmoeten. Amen.