bij Marcus 6:30-44, sermon in English below
Leerlingen van Jezus, gasten met ons,
Jezus is op zoek naar rust. Naar rust voor zijn apostelen. Zij zijn net twee aan twee door het land getrokken. Ze ontvingen kracht van Jezus, en vertelden over Gods Nieuwe wereld, ze genazen zieken en verdreven demonen. Nu zijn ze weer terug bij Jezus. Vol van wat ze hebben gezien en gedaan. Maar ook moe van al die nieuwe indrukken.
Jezus is op zoek naar rust voor zichzelf. Na het verhaal dat we vorige week lazen over de dochter van Jaïrus, gaat Jezus door een moeilijke periode heen van tegenstand. Zijn neef Johannes is vermoord door koning Herodes. En kort daarvoor is Jezus zelf bijna gedood toen hij preekte in zijn vaderstad, Nazareth. De schaduw van de dood ligt over zijn leven. En de mensen blijven maar op Hem afkomen.
Jezus weet dat het tijd is voor rust.
Dus stappen Jezus en zijn leerlingen in een boot en varen over het meer van Galilea. Op zoek naar een eenzame plaats waar ze rust kunnen vinden.
Maar het meer van Galilea is niet zo groot. Je kunt een boot makkelijk volgen via land. En een grote menigte staat hen op te wachten op de afgelegen plaats, die nu dus geen eenzame plaats meer is.
Weg rust. Maar Jezus is een wijs mens. Na het verhaal dat we gelezen hebben pakt Hij alsnog zijn rust. Hij stuurt zijn discipelen weg in de boot het meer op, en gaat zelf bidden op een berg.
Als je rust nodig hebt, en op het moment dat je je rust wilt pakken kan het niet, neem dan daarna alsnog je rust. Jezus is hier een voorbeeld in de Kracht van Rust, een daarvoor prioriteit maken.
Maar eerst komt dit verhaal. Jezus ziet de menigte, en wordt met medelijden bewogen. Want, staat er, ze waren als schapen zonder herder.
Dat is een beeld uit het Oude Testament.
Het meest direct komt dit beeld naar voren bij de profeet Ezechiël:
Ezechiël 34
1De HEER richtte zich tot mij: 2‘Mensenkind, profeteer tegen de herders van Israël, profeteer en zeg tegen hen: “Dit zegt God, de HEER: Wee jullie, herders van Israël, want jullie hebben alleen jezelf geweid! Horen herders niet hun schapen te weiden? 3Jullie eten wel van hun kaas, jullie gebruiken hun wol voor je kleren en jullie slachten de vette dieren, maar de schapen weiden, dat doen jullie niet. 4Zwakke dieren hebben jullie niet laten aansterken, zieke dieren niet genezen, gewonde dieren niet verbonden, verjaagde dieren niet teruggehaald, verdwaalde dieren niet gezocht – jullie hebben de dieren hard en wreed behandeld. 5Zonder herder raakten ze verstrooid, en werden ze door wilde dieren verslonden. Mijn schapen zijn verstrooid, 6ze dwalen rond in de bergen en hoog in de heuvels; over heel het aardoppervlak raken ze verstrooid, en er is niemand die naar ze omziet, niemand die naar ze op zoek gaat.
Als Israël geen koning heeft, of als de koning niet voor zijn volk zorgt, dan is het volk als schapen zonder herder. De schapen raken verstrooid, ze dwalen rond.
En ik denk dat dit beeld van Ezechiël heel herkenbaar is in onze tijd. Net als die mensen in de tijd van Ezechiël en in de tijd van Jezus, leven we in een land waar de herders hebben gefaald.
Wie zijn dat dan onze herders.
De politiek? Het vertrouwen in politici is lager dan ooit. Of dat nu terecht is of niet. Zij gaan ons niet reden uit de energiecrisis, woningcrisis, personeelcrisis, etcetera. Dat is wel duidelijk.
De markt? De onzichtbare hand van de markt is lang onze herder geweest. Die zou alle problemen vanzelf laten oplossen. Jammer genoeg is de markt geen oplossing voor de klimaatcrisis, de grootste crisis van allemaal. De markt zorgt voor eigenbelang en korte termijn, voor uitbuiting van de schepping. Het is een buitengewoon onbetrouwbare herder gebleken die ervoor zorgt dat de schapen elkaar verslinden in plaats van voor elkaar zorgen.
Het maatschappelijk middenveld? Verenigingen, vakbonden, kerken? Ze zijn verdampt. Wie wil er nog in een bestuur? Wie wil er nog lid zijn van iets? Al die verenigingen zijn vastgelopen in hun eigen traagheid. Wij zijn teveel consumenten geworden om ons nog zo aan iets te binden.
Wie dan? Wie is onze herder?
Wij zijn zelf onze herder. Ieder schaap moet het zelf uitzoeken. We moeten zelf een antwoord vinden op de grote vragen van het leven in deze tijd:
Wie ben ik?
Waar hoor ik bij?
Wat wil ik met mijn leven?
Je zoekt het zelf maar uit. Iedereen moet doen wat goed is in zijn eigen ogen.
We zijn schapen zonder herder.
Maar Ezechiël vertelt verder:
Ezechiël 34
11Dit zegt God, de HEER: Ik zal zelf naar mijn schapen omzien en zelf voor ze zorgen. 12Zoals een herder naar zijn kudde op zoek gaat als zijn dieren verstrooid zijn geraakt, zo zal Ik naar mijn schapen op zoek gaan en ze redden, uit alle plaatsen waarover ze zijn verspreid op een dag van dreigende, donkere wolken. 14Ik zal ze laten grazen op een goede weide, ook hoog in de bergen van Israël zullen ze gras vinden; op Israëls bergen zullen ze rusten op groen grasland en in een grazige weide. 15Ikzelf zal mijn schapen weiden en ze laten rusten – spreekt God, de HEER.
In Jezus zoekt God zelf zijn schapen op. God ontfermt zich over zijn schapen. Dat is hoe Marcus hier schrijft over Jezus.
Urenlang onderwijst Jezus de mensen over Gods Nieuwe Wereld. Zo leidt Hij hen. Maar dat onderwijs duurt zo lang, dat het al etenstijd is geweest. En ze waren niet meer op eenzame plaats, maar het was nog wel een afgelegen plaats. De leerlingen waarschuwen Jezus: stuur de mensen weg, zodat ze zelf eten kunnen gaan kopen. Maar Jezus daagt hen uit: geven jullie hen te eten. Wees herders voor deze mensen.
Maar voor al die duizenden mensen is dat niet te doen. Het is een onmogelijke opdracht, het zou meer dan 10.000 euro kosten, en dan moeten ze nog een bakker te vinden met zo’n grote voorraad, en transport regelen.
Wat hebben jullie wel? Vraagt Jezus. 5 broden, 2 vissen. Veel te weinig natuurlijk.
Marcus 6
39Hij zei tegen hen dat ze de mensen opdracht moesten geven om in groepen in het groene gras te gaan zitten.
Zitten of rusten in het groene gras. Bijna letterlijk wat Ezechiël schrijft over wat God zal doen als Hij zelf herder wordt voor zijn schapen.
Ezechiël 34
op Israëls bergen zullen ze rusten op groen grasland en in een grazige weide
Zo laat Marcus met het detail van het groene gras zien dat in Jezus God zelf als herder is gekomen om voor zijn volk te zorgen.
Dit beeld van de mensen in groepen in het groene gras, is voor mij ook een belangrijk beeld voor de gemeentegroeigroepen. Naast de grote bijeenkomst hier op zondag, is dat de tweede belangrijke manier om God en elkaar te ontmoeten. Afgekort noemen we de groepen wel ggg’s. GemeenteGroeiGroepen. Maar ggg zou ook kunnen staan voor GroeneGrasGrazers. Want daar kun je je laten voeden door Jezus als Goede Herder. Daar wordt je herders en leraren voor elkaar.
Jezus neemt het brood en de vis, Hij richt zich naar zijn hemelse Vader en dan gebeurt het: Jezus zegent en Jezus breekt. En door Jezus’ woorden en door zijn handen gebeurt iets wonderlijks: weinig wordt veel in de handen van Jezus.
Want God is een God van overvloed. Als God zegent dan is er meer dan genoeg voor iedereen. Als we vanuit Gods zegen delen, dan krijgt iedereen wat hij nodig heeft. Het is als het manna in de woestijn bij de uittocht: God geeft te eten in een afgelegen plaats waar geen eten te vinden is. En iedereen heeft genoegd.
Er is zelfs overvloed. Twaalf manden vol blijven over.
Het is een wonder. Het is een voorbeeld voor hoe we kerk kunnen zijn. Het zou mooi zijn als we dit als kerk kunnen toepassen. Als we juist in deze tijden van energiecrisis en armoedecrisis maaltijden houden in een verwarmde kerk. Waar we delen van de rijkdom die God ons geeft. En waar iedereen aan mag schuiven. Wie op zoek is naar eten, naar warmte, naar gezelschap, naar liefde, naar ontmoeting met de Heer.
Een maaltijd die verbonden is de Maaltijd van de Heer. Daar worden gevoed met Gods liefde. We nemen een stukje brood, een slokje wijn. Te weinig om onze fysieke honger te stillen. Maar in dat kleine ontmoeten we de opgestane Heer Jezus. Hij is aanwezig. Als Gastheer, als Brood des Levens. Zijn bloed is voor eens en altijd voor ons vergoten.
Aan de Maaltijd van de Heer krijgen we antwoorden op de grote vragen van onze tijd.
Wie ben ik?
Je bent een kind van God, door het offer van Jezus bevrijdt uit de macht van het kwaad.
Waar hoor ik bij?
Bij het lichaam van Christus. We zijn broers en zussen van elkaar, hoe verschillend we ook zijn.
En wat moet ik met mijn leven?
We zijn op weg naar de voltooiing van Gods Koninkrijk. Jij mag het door God aan jou gegeven talent inzetten voor zijn Nieuwe Wereld die is en zal zijn. De nieuwe schepping die wordt vervuld, als Hij komt.
Zo delen we van brood en wijn. Weinig is veel in de handen van Jezus. Amen.
Disciples of Jesus, guests with us,
Jesus is looking for rest. To rest for his apostles. They have just passed through the country two by two. They received strength from Jesus, and told about God’s New World, they healed the sick and expelled demons. Now they are back with Jesus. Full of what they’ve seen and done. But also tired of all those new impressions.
Jesus is looking for rest for himself. After the story we read last week about the daughter of Jairus, Jesus is going through a difficult period of opposition. His nephew John was murdered by King Herod. And shortly before that, Jesus himself was nearly killed while preaching in his hometown, Nazareth. The shadow of death lies over his life. And the people just keep coming to Him.
Jesus knows it is time for rest.
So Jesus and his disciples got into a boat and sailed across the Sea of ??Galilee. Looking for a lonely place where they can find peace.
But the Sea of ??Galilee is not that big. You can easily follow a boat via land. And a great crowd awaits them in the remote place, which is no longer a lonely place.
Road rest. But Jesus is a wise man. After the story we have read, He still takes his rest. He sends his disciples away in the boat into the lake, and goes to pray on a mountain himself.
If you need rest, and at the moment you want to take your rest it is not possible, then take your rest afterwards. Jesus is an example here in the Power of Rest, make it a priority.
But first comes this story. Jesus sees the crowd, and is moved with pity. For, it says, they were like sheep without a shepherd.
That is an image from the Old Testament.
This picture emerges most directly with the prophet Ezekiel:
Ezekiel 34
1The LORD said to me, 2“Son of man, prophesy to the shepherds of Israel, prophesy and say to them, ‘This is what the LORD God says: Woe to you, shepherds of Israel, for you have shepherded yourselves alone! Aren’t shepherds supposed to feed their sheep? 3You eat of their cheese, you use their wool for your clothes, and you slaughter the fat animals, but you feed the sheep, you do not do that. 4Weak animals have not strengthened you, you have not healed sick animals, you have not bandaged injured animals, you have not brought back exiled animals, you have not sought stray animals—you have treated the animals harshly and cruelly. 5Without a shepherd, they were scattered and devoured by wild beasts. My sheep are scattered, 6they wander in the mountains and high in the hills; they are scattered over all the face of the earth, and there is no one to look after them, no one to look for them.
If Israel has no king, or if the king does not care for his people, then the people are like sheep without a shepherd. The sheep get scattered, they wander.
And I think this image of Ezekiel is very recognizable in our time. Like those people in the time of Ezekiel and in the time of Jesus, we live in a land where the shepherds have failed.
Who are our shepherds then?
Politics? Trust in politicians is lower than ever. Whether that’s right or not. They are not going to drive us out of the energy crisis, housing crisis, personnel crisis, etcetera. That is clear.
The market? The invisible hand of the market has long been our shepherd. It would solve all problems by itself. Unfortunately, the market is not a solution to the climate crisis, the biggest crisis of all. The market ensures self-interest and short-term exploitation of creation. He has proved to be an extremely unreliable shepherd, causing the sheep to devour each other instead of caring for each other.
Civil society? Associations, unions, churches? They have evaporated. Who else wants to be on a board? Who else wants to be a member of anything? All those associations are stuck in their own inertia. We have become too much consumers to commit ourselves to anything like that.
Who then? Who is our shepherd?
We ourselves are our shepherd. Every sheep has to figure it out for himself. We must find our own answers to the great questions of life today:
Who am I?
What do I belong to?
What do I want with my life?
You figure it out yourself. Everyone should do what is right in their own eyes.
We are sheep without a shepherd.
But Ezekiel goes on to say:
Ezekiel 34
11Thus says the LORD GOD: I myself will look after my sheep and take care of them myself. 12As a shepherd searches for his flock when his animals are scattered, so will I search for my sheep and rescue them from all the places where they are scattered on a day of threatening dark clouds. 14I will make them graze in a good pasture, and they will find grass high in the mountains of Israel; on the mountains of Israel they will rest on green pastures and in a grassy meadow. 15I myself will feed my sheep and let them rest, declares the LORD GOD.
In Jesus, God himself seeks out his sheep. God takes care of his sheep. That’s how Mark writes here about Jesus.
For hours, Jesus teaches the people about God’s New World. That’s how He leads them. But that education takes so long that it is already dinner time. And they were no longer in a lonely place, but it was still a remote place. The disciples warn Jesus: Send the people away so that they can buy their own food. But Jesus challenges them: do you feed them. Be shepherds to these people.
But that is not possible for all those thousands of people. It is an impossible task, it would cost more than 10,000 euros, and then they have to find a baker with such a large stock, and arrange transport.
What do you have? Jesus asks. 5 loaves, 2 fish. Far too little of course.
Mark 6
39He told them to order the people to sit in groups on the green grass.
Sit or rest in the green grass. Almost literally what Ezekiel writes about what God will do when He Himself becomes a shepherd for His sheep.
Ezekiel 34
on the mountains of Israel they will rest on green pastures and in a grassy meadow
Thus Mark shows with the detail of the green grass that in Jesus God himself came as a shepherd to take care of his people.
This image of the people in groups in the green grass is also an important image for the congregation growth groups. Besides the big gathering here on Sunday, that’s the second important way to meet God and each other. We call the groups GGGs for short. MunicipalityGrowthGroups. But ggg could also stand for GroeneGrasGrazers. Because there you can let yourself be fed by Jesus as the Good Shepherd. There you become shepherds and teachers for each other.
Jesus takes the bread and the fish, he turns to his heavenly Father and then it happens: Jesus blesses and Jesus breaks. And through Jesus’ words and through his hands, a wonderful thing happens: little becomes much in the hands of Jesus.
For God is a God of abundance. When God blesses, there is more than enough for everyone. If we share from God’s blessing, then everyone gets what they need. It is like the manna in the desert at the exodus: God feeds in a remote place where there is no food. And everyone has had enough.
There is even abundance. Twelve baskets full remain.
It is a miracle. It is an example of how we can be church. It would be nice if we could apply this as a church. If we have meals in a heated church in these times of energy crisis and poverty crisis. Where we share the riches God gives us. And where everyone can join. Those who are looking for food, for warmth, for companionship, for love, for an encounter with the Lord.
A meal associated with the Lord’s Supper. There are nourished with God’s love. We take a piece of bread, a sip of wine. Too little to satisfy our physical hunger. But in that little thing we meet the risen Lord Jesus. He is present. As Host, as Bread of Life. His blood has been shed for us once and for all.
At the Lord’s Supper we receive answers to the great questions of our time.
Who am I?
You are a child of God, delivered from the power of evil through the sacrifice of Jesus.
What do I belong to?
By the body of Christ. We are brothers and sisters, no matter how different we are.
And what should I do with my life?
We are on our way to the completion of God’s Kingdom. You may use the talent given to you by God for his New World that is and will be. The new creation that will be fulfilled when He comes.
So we share bread and wine. Little is much in the hands of Jesus. Amen.