De preek van Eeuwigheidszondag 2022

bij Openbaring 7:9-17, sermon in English below

Leerlingen van Jezus, gasten met ons,

Het Bijbelboek Openbaring is als een droom. Het neemt ons mee naar een andere werkelijkheid. Een werkelijkheid van prachtige beelden. Heiligen in het wit gekleed die voor altijd bij God zijn. God die alle tranen uit hun ogen wist. Geen lijden meer, geen verdriet. Beelden uit een mooie droom.

Maar er zijn ook andere beelden. Beelden uit een nachtmerrie. Openbaring gaat over rampen, plagen. Over monsters, vuur en strijd. Oordeel en dood.

Als iemand van wie je veel houd sterft, lijkt dat ook wel op een nachtmerrie. Je droomt er van dat iemand er niet meer is. Je schrikt wakker in bed. In halfslaap ga je op zoek naar die ander. En dan blijkt je nachtmerrie werkelijkheid. Je geliefde is hier niet meer. Het huis is leeg. Je kunt je moeder nooit meer bellen om wijze raad. Je WhatsApp bericht aan die vriendin krijgt nooit meer twee blauwe vinkjes. Een nachtmerrie.

De eerste christenen die uit het boek Openbaring werden voorgelezen, leefde in een nachtmerrie. Ze hadden veel geliefden verloren. Niet zozeer door ziekte, een ongeluk of ouderdom. Maar doordat de Romeinse overheid christenen op grote schaal vervolgde. Ze werden in de gevangenis gegooid, gemarteld, voor wilde beesten gegooid in de arena, gekruisigd, vermoord. Geloven in Jezus kon je zomaar je leven kosten. De werkelijkheid was een nachtmerrie geworden.

Te midden van die nachtmerrie ontvangt de apostel Johannes een openbaring. Een onthulling, door Jezus zelf. Het leven lijkt een nachtmerrie, maar dit is hoe de werkelijkheid echt in elkaar zit, Johannes. Een hemels perspectief op het leven.

Johannes krijgt een kijkje in de keuken, een kijkje in de hemel. En hij ziet een ontelbaar grote menigte. Mensen uit alle landen, volken en talen.

Het zijn mensen die zijn vervolgd. Het zijn mensen die vermoord zijn in die vervolging.

Maar ze zitten niet onder het bloed, ze stralen als engelen. Ze zijn gereinigd door het bloed van Jezus. Hun kleren zijn gebleekt in het bloed van het Lam.

Ze zijn schoon. Niet omdat ze zelf altijd zo goed geleefd hebben. Omdat ze niet bang waren voor de dood. Maar omdat ze bij Jezus hoorden. Bij Jezus zijn gebleven, ook in hun laatste bange uren. Wie in Christus is in het leven, blijft in Christus ook na het sterven. En Johannes mag zien hoe dat eruit ziet.

Wat Johannes ziet, geldt voor iedereen die wij vandaag missen. Iedereen die in Jezus geloofde bij het leven. Voor hen geldt deze hemelse werkelijkheid. Een werkelijkheid die ons mag troosten.

En het is bijzonder dat Johannes dit ziet. In de Bijbel gaat het niet zo vaak over het leven na de dood. Het gaat heel vaak over de opstanding. Het nieuwe leven dat we krijgen, door Jezus sterven en opstanding. Een leven dat we nu al leven. Een leven dat we zullen hebben als Jezus terugkomt, en de hemel en de aarde worden vernieuwd.

Maar wat is daar tussenin? Als je sterft, voordat Jezus terugkomt. Hoe ziet dat eruit? Daarin krijgt Johannes een inkijkje.

Deze heiligen, deze door God geheiligde mensen, zijn voor altijd bij God. God heeft zijn tent bij hen opgezet, staat er letterlijk. God kampeert bij hen. Zoals God bij de Exodus woonde in de heilige tent, de tabernakel. Zoals God woonde in de tempel in Jeruzalem. Zo dicht is God bij hen. Zo dicht zijn zij bij God.

En ze zijn dichtbij het lam. Het lam op de troon. Het lam dat is geslacht, en dat tegelijkertijd koning is. Het lam dat tegelijkertijd de Goede Herder is. Hij zal over hen herderen. Hij zal voor hen zorgen. Hen brengen naar bronnen van levend water. Er is voor hen geen lijden meer, geen pijn. Alle tranen worden door God zelf afgedroogd.

Dus we hoeven ons over hen geen zorgen te maken. Wij mogen onze tranen laten drogen, door de gedachte dat onze geliefde overledenen dicht bij God zijn.

Maar ondertussen zijn wij ver van hen weg. In deze werkelijkheid. De werkelijkheid die kan voelen als een nachtmerrie.

Kunnen wij niet dichterbij hen komen? Contact zoeken, verbinding maken?

Het dichtste bij kunnen wij komen als wij doen wat zij doen. Want wat doen ze, daar in die hemelse werkelijkheid? Ze loven God.

12met de woorden: ‘Amen! Lof, majesteit en wijsheid, dank en eer en macht en kracht komen onze God toe, tot in eeuwigheid. Amen.’

Als wij datzelfde doen. Als wij God aanbidden. Dan zijn wij verbonden met de hemel. We verbinden onszelf met God, we verbinden ons met alle heiligen. Als we zingen, als we God loven. Dan voegen we ons in een hemels koor, van hen die ons zijn voorgegaan.

Dat blijven we doen. Tot het moment komt van die dag. De dag waarop de nachtmerrie verdwijnt, en het droombeeld werkelijkheid wordt. Jezus terugkomt op aarde. Als koning. Het kwaad verdwijnt, alle tranen uitgewist. De doden opstaan en we samen thuis zullen zijn op Gods vernieuwde aarde. Dan blijkt de droom werkelijkheid te zijn, de nachtmerrie schijnwerkelijkheid. Daarop blijven we geloven, hopen. Zo blijven wij in liefde en lofzang verbonden. Amen.

Disciples of Jesus, guests with us,

The Bible book of Revelation is like a dream. It takes us to another reality. A reality of beautiful images. Saints dressed in white who are with God forever. God who wiped all the tears from their eyes. No more suffering, no more sorrow. Images from a beautiful dream.

But there are also other images. Images from a nightmare. Revelation is about disasters, plagues. About monsters, fire and battle. Judgment and death.

When someone you love dies, it also looks like a nightmare. You dream that someone is gone. You wake up in bed. In half-asleep you go looking for the other. And then your nightmare comes true. Your loved one is no longer here. The house is empty. You can never call your mother for wise advice again. Your WhatsApp message to that friend will never get two blue check marks again. A nightmare.

The first Christians to be read from the book of Revelation lived in a nightmare. They had lost many loved ones. Not so much due to illness, an accident or old age. But because the Roman government persecuted Christians on a large scale. They were thrown into prison, tortured, thrown to wild beasts in the arena, crucified, murdered. Believing in Jesus could just cost you your life. Reality had become a nightmare.

In the midst of that nightmare, the apostle John receives a revelation. A revelation, by Jesus himself. Life seems like a nightmare, but this is how reality really works, Johannes. A heavenly perspective on life.

Johannes gets a glimpse into the kitchen, a glimpse into heaven. And he sees an innumerable multitude. People from all countries, peoples and languages.

They are people who have been persecuted. They are people who were killed in that persecution.

But they are not covered in blood, they shine like angels. They are cleansed by the blood of Jesus. Their clothes are bleached in the blood of the Lamb.

They are clean. Not because they themselves have always lived so well. Because they were not afraid of death. But because they belonged to Jesus. Have stayed with Jesus, even in their last anxious hours. Whoever is in Christ in life remains in Christ even after death. And John may see what that looks like.

What John sees applies to everyone we miss today. Everyone who believed in Jesus when alive. This heavenly reality applies to them. A reality that may comfort us.

And it is special that John sees this. The Bible does not talk much about life after death. It is very often about the resurrection. The new life we ??get, through Jesus death and resurrection. A life we ??already live. A life we ??will have when Jesus returns, and heaven and earth are renewed.

But what’s in between? If you die before Jesus returns. What does that look like? Johannes gets an insight into this.

These saints, these people sanctified by God, are with God forever. God has set up his tent with them, it literally says. God camps with them. Like at the Exodus God lived in the holy tent, the tabernacle. Like God lived in the Temple in Jerusalem. That’s how close God is to them. That’s how close they are to God.

And they are close to the lamb. The lamb on the throne. The lamb that was slain, and that is king at the same time. The lamb who is at the same time the Good Shepherd. He will shepherd them. He will take care of them. Bring them to springs of living water. There is no more suffering for them, no more pain. All tears are wiped away by God Himself.

So we don’t have to worry about them. We may let our tears dry, by the thought that our departed loved ones are close to God.

But meanwhile we are far away from them. In this reality. The reality that can feel like a nightmare.

Can’t we get closer to them? Find contact, connect?

The closest we can get is if we do what they do. Because what are they doing there in that heavenly reality? They praise God.

12 saying, “Amen! Praise, majesty, and wisdom, thanksgiving, and honor, and might and power, be unto our God for ever. Amen.’

If we do the same. When we worship God. Then we are connected to heaven. We connect ourselves with God, we connect with all the saints. When we sing, when we praise God. Then we join a heavenly chorus of those who have gone before us.

We will continue to do so. Until the moment of that day comes. The day when the nightmare disappears, and the dream image becomes reality. Jesus returns to earth. As king. Evil vanishes, all tears wiped out. The dead will rise and together we will be at home on God’s renewed earth. Then the dream turns out to be reality, the nightmare sham reality. We continue to believe, hope. This is how we stay connected in love and praise. Amen.