De preek van zondag 13 september 2020

De dienst is te bekijken via Livestream en te beluisteren via www.kerkomroep.nl.

Bijbelgedeelte: Openbaring 3, 14-22 (NBV).
Voorganger: ds. Jelke de Jong (dominee@deacker.pknpijnackerdelfgauw.nl).

Gemeente van onze Heer, Jezus Christus,

Aan het begin van het laatste Bijbelboek zijn zeven brieven afgedrukt. Afzender: God/Jezus. Elke brief heeft een eigen geadresseerde, namelijk één van de zeven (huis)gemeenten te Klein Asia. Het huidige Turkije. De brieven zijn heel persoonlijk, maar niet privé. Het zijn openbrieven. Wij worden uitgenodigd om mee te lezen. Al lezend worden we uitgedaagd ons (gemeente)leven er in te spiegelen. Zo ook met betrekking tot de brief aan de gemeente in Laodicea.

Christus is niet positief over deze gemeente. Vanuit liefde en verbondenheid klinken er harde woorden. Jezus vindt de gemeente lauw. De gemeente is een weerspiegeling van haar context. Laodicea had geen warmwaterbronnen. Daarom was een kostbare aquaduct aangelegd om warm water van elders aan te voeren. Maar dit water kwam lauw en onsmakelijk aan in de stad. Net zo misselijkmakend als dit water, vindt Jezus de christelijke gemeente in Laodicea.

Wat is er met deze gemeenste aan de hand? Ze hebben zich teveel aangepast aan hun omgeving. Laodicea was een rijke stad. Het lag op een kruispunt van handelswegen. Er waren veel banken. Het was een bloeiende textielstad. Het had een beroemde medische school. In Laodicea konden ze prima hun eigen broek ophouden. Ze redden zichzelf. Hadden niemand nodig. Na de aardbeving in het jaar 60 na Chr. weigerden ze alle hulp uit Rome.

Dat was ook de sfeer in de christelijke gemeente: we redden onszelf. Dat was ook hun identiteit geworden: we hebben niemand nodig. Eigenlijk hadden ze ook God niet nodig. Die sfeer herkennen we wel. Vooral van vóór corona.

Jezus verwijt hun dat ze geen contrastgemeente zijn. Dat ze geen verschil weten te maken. Hoe is dat bij ons?

Bij deze gemeente staat Jezus voor de deur. ‘Ik sta voor de deur en klop aan’. Dat is verrassend, maar ook ontregelend en ook wel wat choquerend. God staat buiten en klopt aan om bij ons binnen te mogen komen. God is mens geworden en heeft zich buiten geplaatst. Buiten de herberg. Vossen hebben holen en vogels nesten, maar Jezus had geen steen om zijn hoofd neer te leggen. Hij is buiten de stad (Jeruzalem) gekruisigd.

Jezus was bij God en werd mens. En die mens staat buiten. Als vreemdeling, als vluchteling, als knecht. God is zo anders dan wij mensen.

Deze God staat vanmorgen aan de deur en klopt. De Heer van alle machten/kosmos staat buiten, klopt bij ons aan en vraagt om binnen gelaten te worden. Hoor je de klop van God? Realiseren wij ons wat dat betekent? Dat betekent dat Hij buiten staat. Hoe is Hij daar gekomen? Wie heeft hem buiten de deur gezet? Heb ik, hebben wij dat gedaan, of de tijd (deze crisistijd), of de maatschappij, of de welvaart, of de cultuur?

Hoe dan ook, Hij staat buiten, maar klopt aan en vraagt toegang. Romeinse ambtenaren konden in elk huis in de stad onderdak afdwingen. Zo doet Jezus het niet. God forceert niet, maar vraagt (als een gentleman) toegang. Hij wil binnenkomen. Waar? In ons hart. De uitgang van het leven. Jezus wil binnenkomen in ons leven. Hij komt niet langs om buiten even een praatje te maken. Hij wil binnenkomen. Toegelaten worden. Dat is de klop op de deur. Eens en steeds weer. Het gaat Christus om ons: om u, om jou en om mij. Om toegang tot ons. Wij zijn Zijn tempel. Hij wil in ons wonen. Heer van heel ons leven zijn. Paulus bidt er om (Efeze 3,17).

Wonderlijk is dat: God boven/buiten ons, is door zijn Geest ook in ons. In het geloof zijn buiten en binnen geen tegenstellingen. Niet los van elkaar. Ze horen bij elkaar. Vormen een eenheid. Geloof beslaat ons hele leven, ons hele bestaan. Christus verwijdt de gelovigen in Laodicea dat ze niet authentiek zijn. Binnen- en buitenkant komen niet overeen. Materieel rijk, maar geestelijk arm. Ze moeten meer zorg besteden aan hun ziel. Christus vraagt van hen (en biedt het hen ook aan): waarachtig geloof van uit een zuiver / nieuw hart en meer van de Geest. God geeft wat Hij van ons vraagt.

Beter zorgen voor je ziel, is dat ook niet de uitdaging waar wij voor staan nu we door het coronavirus stil zijn gezet en de vraag naar betekenisgeving zich heel nadrukkelijk opdringt? Zijn wij rijk in God?

Christendom van alleen uiterlijkheden zal niet lang bestaan. Alleen de binnenkant ook niet. Zelfs niet een christendom dat over God spreekt, alsof God iets ver weg is, iets afstandelijks, zal niet blijven bestaan. Soms praten we over Hem als iemand van vroeger, of hoog in de hemel. Dat is het christendom dat het hart leeg laat.

Het is anders. Christus wil binnenkomen en avondmaal (samen eten) met ons houden. Dat is intiem. Geloof is ook intiem. Christus is intiem. Intiem verbonden. Hoe kan het ook anders als het om liefde gaat. Liefde overbrugt afstanden. Is heel nabij. Liefde begint in het hart. Christus wil in ons hart woning maken, opdat wij geworteld en gegrond blijven in de liefde. Zijn liefde voor ons. Dat we uit zijn liefde voor Hem leven. Naar de wil van Christus en niet naar de agenda van deze wereld.

De bloeiende kledingindustrie in Laodicea was gebaseerd op zwarte schapenwol die niet werd gebleekt of geverfd. De ‘modekleur’ in de stad was zwart. Christus biedt de gemeente in Laodicea witte kleren aan. Vanuit hartelijke verbondenheid leven naar het hart van God en naar de wil van Christus, dan maak je verschil. Dat conflicteert: in je eigen hart. In je omgeving. Dat conflict hoef je niet te zoeken, maar moet je ook niet uit de weg gaan. Jezus moedigt ons aan staande te blijven in die (geestelijke) strijd. Hij verbindt er ook een belofte aan: ‘Wie overwint zal samen met mij op mijn troon zitten, net zoals Ik zelf overwonnen heb en samen met mijn Vader op de troon zit’ (21).

We worden in deze coronacrisis stilgezet. Heen en weer geslingerd. In de war gebracht. Wat is normaal? Wat houdt stand? Een leven met Christus in je hart!

Christus roept ons op om authentieke mensen te zijn. Om in verbondenheid met God en vervolgens met elkaar, met de ander en met jezelf te leven. Dat geeft houvast. Dat geeft zegen. Dat heeft toekomst.

Christus staat aan onze deur en klopt. Laat je Hem binnen of laat Hem (met alle gevolgen van dien) buitenstaan?

Amen.