Preeksamenvatting incl vragen voor een gesprek; zondag 18 april 2021

Bijbelgedeelte: Lucas 24, 13-35 (NBV).
Voorganger: ds. Jelke de Jong (dominee@deacker.pknpijnackerdelfgauw.nl).

Gemeente van de levende Heer, Jezus Christus.

Hoe heb jij Pasen 2021 beleefd? Wat heeft jou geraakt?

Pasen heeft Kleopas en zijn metgezel in verwarring gebracht. Herken je dat, de verwarring die de Paasboodschap kan veroorzaken? Goede Vrijdag was voor hen één grote teleurstelling. Ze hadden zo gehoopt dat Jezus Israël zou bevrijden van de Romeinen. Maar niets van dat alles. Jezus is om het leven gebracht en al drie dagen in het graf. Alle hoop op een hereniging van ziel en lichaam en daarmee op een eventuele bevrijding van Israël door Jezus is daarmee vervlogen.

Onderweg naar Emmaüs zijn ze plotseling niet meer met z’n tweeën, maar met z’n drieën. Jezus heeft zich bij hen gevoegd, maar ze weten niet dat het Jezus is, de Levende. ‘Verborgene die bij ons zijt’. Jezus is verborgen aanwezig in Woord en Geest. Door de sacramenten van doop en avondmaal. Soms in stilte, of in chaos. Of in het gelaat van een medemens. Laat je daardoor bemoedigen. Jezus is met ons. Verborgen aanwezig. Elke dag. De Levende is dichterbij dan je denkt.

Wat doet Jezus? Hij zet de Messiasverwachting van Klepas en zijn metgezel in oudtestamentisch perspectief. Hij laat zien wie God is. Hoe de God van Israël bevrijdt. Zo maken ze niet alleen kennis met het werk van de beloofde Messias, maar ook met zijn persoon en weg.

Gods weg gaat door de zee. Hij redt door het water / de dood heen. Dat heeft ook zijn weerslag op de Messias. De Messias heeft niet de gestalte van een machtige koning, maar is weerloos als een lam. Hij bevrijdt niet met wapens, maar door liefde. Hij bevrijdt niet van vijandige legers, maar van het isolement (veroorzaakt door duivel en zonde). Verhoging komt na vernedering. Zijn bevrijdend handelen is niet alleen voor Israël bestemd, maar in Israël voor heel de wereld.

Jezus nivelleert en relativeert de wanhoop en de verwarring van Kleopas en zijn metgezel niet, maar zet het in het een veel groter kader. Hij geeft hen een breder perspectief. Dat van God. Daardoor verschuift de aandacht: van hun verwarring, teleurstelling, wanhoop, naar Gods reddingsplan met Israël en met deze wereld. Dat geeft innerlijke ruimte. Dat zorgt ook voor verbinding. Hun hart wordt geraakt. Ontstoken. Brandend. Ze beseffen: ‘We hebben Hem nodig’. Ze willen meer weten over Gods reddingsplan met Israël en met deze wereld. Daarom hun verzoek: ‘Blijf bij ons’.  Bevrijdend is het wanneer je ontdekt dat er in Gods plan ruimte is voor jouw twijfels, aanvechting en strijd. Dan ga je beseffen: ‘k Heb Jezus nodig, heel mijn leven.

‘Blijf bij ons’. Jezus gaat op hun verzoek in. Net als bij Zacheüs wil Hij graag in ons huis verblijven. Dan en daar gebeurt het. Aan tafel, bij het breken van het brood ontdekken Kleopas en zijn metgezel dat het Jezus is die met hen is opgetrokken. Jezus leeft. We weten niet waardoor ze ontdekken ze dat het Jezus is. Wat we wel weten is: door de ontmoeting met Jezus komt er (weer) bezieling in hun hart en leven. Ze komen in beweging. Gaan terug naar Jeruzalem en worden Paasgetuige.

Op de Paaskaars zijn de Emmaüsgangers afgebeeld, samen met Jezus. Dit is beeld van de kerk. Het Godsvolk onderweg. We hebben zo onze verlangens als het over de kerk gaat. We hebben verwachting wat God moet doen voor ons, en voor de kerk. Onze verlangens en verwachtingen komen lang niet altijd overeen met Gods plan met ons leven, met de kerk en deze wereld. Dat geeft vertwijfeling, teleurstelling, moedeloosheid, hopeloosheid. Misschien ook wel verbittering. Er ontstaat vervreemding. Je beweegt weg. Laat misschien los.

Maar Jezus, de Levende, laat je niet los. Jezus loopt met je mee. En komt je vanuit liefde en zorg tegen. Sta je daar open voor? Van alles wat Hij doet en tegen jou en ons zegt is liefde en genade de grondtoon. Laat je daardoor raken. Bezielen. Opnieuw in beweging zetten. Amen.

Voor het onderlinge gesprek.

-‘Diezelfde dag gingen twee van de leerlingen op weg naar een dorp dat Emmaus heet en dat zestig stadie van Jeruzalem verwijdert ligt’ (13).

Waarom gingen deze twee mannen eigenlijk naar Emmaüs?

-‘Ze praten met elkaar over alles wat er was voorgevallen’ (14).

Wat was voor jou vandaag het gespreksonderwerp? Waarom?

-‘Terwijl zij zo met elkaar in gesprek waren, kwam Jezus zelf naar hen toe en liep met hen mee, maar hun blik werd vertroebeld, zodat ze Hem niet herkenden’ (16).

Waarom liep Jezus samen op met deze mannen op weg naar Emaaus?

-Waarom heeft de vriend van Kleopas geen naam? (18)

Ben jij weleens met een vreemdeling op straat in gesprek gekomen? Wat gebeurde er?

-‘Wij leefden in de hoop dat Hij degene was die Israël zou bevrijden’ (21)

Waar hoop jij op?

Wat verwacht jij van Jezus? Waar wil je van verlost worden?

-‘Wat hebt u dan weinig verstand en bent u zo traag van begrip dat u niet gelooft in alles wat de profeten gezegd hebben?’ (25).

Wie spreekt jou tegen? In welke situaties roep jij jezelf tot de orde? Als je Jezus plaats in het geheel van de Schriften, is het dan reëel wat je van Hem verwacht? Mag je dit van Hem verwachten? Waarom wel, waarom niet?

-‘Blijf bij ons, want het is bijna avond en de dag loopt ten einde’ (29).

Wat roepen deze woorden bij je op? Is er herkenning?

-‘Toen Hij met hen aan tafel aanlag, nam Hij het brood, sprak het zegengebed uit, brak het en gaf het hun’ (30).

Wat heeft de laatste avondmaalsviering met jou gedaan?

-‘Brandde ons hart niet toen Hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot?’ (32).

Wat geeft jou bezieling om na Pasen weer op te staan (terug te gaan) en in beweging te komen?

-Toen ze naar Emmaüs gingen, leek de reis lang te duren. Ze komen pas tegen de avond aan (29). Maar als ze teruggaan naar Jeruzalem, dan gaan ze opeens heel snel (33).

Waarom was dat?

-Wat leren we van dit verhaal?